Op 31 maart 2021 organiseerde de Taskforce Kennisagenda Preventie 2018 en de Nationale Wetenschapsagenda (NWA) route ‘Gezondheidsonderzoek, preventie en behandeling‘, waaronder de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU) een online seminar.

Tijdens dit online seminar kwamen onderwerpen uit de Kennisagenda Preventie voor het voetlicht. Hoe kunnen we alle interventies en innovaties op het gebied van preventie versterken en benutten zodat we preventie echt versnellen. Diverse experts van de Taskforce Kennisagenda Preventie spraken met elkaar over een breed palet aan thema’s rondom gezondheidsbevordering en het voorkomen van ziekte. Het gaat daarbij om: diversiteit, motivaties voor gezond gedrag, leefomgeving, eHealth, big data en innovatieve onderzoeksmethoden. Thema’s die allemaal raakvlak hebben met de NWA route en van toepassing zijn op het brede terrein van gezondheidsonderzoek.

  1. De samenvatting

     

  2. Wat leert Covid-19 ons over preventie?

3. Kinderen die vertellen over bewegen en gezond eten

Op 22 maart 2018 hebben minister Ingrid van Engelshoven (OCW) en staatssecretaris Paul Blokhuis (VWS) drie kennisagenda’s in ontvangst genomen uit handen van Ernst Kuipers (NFU) en Jeroen Geurts (ZonMw). Deze kennisagenda’s zijn een uitwerking van een deel van de publieksvragen aan de Nationale Wetenschapsagenda (NWA) op het gebied van gezondheid. Ze beschrijven hoe het kennisveld met innovatief wetenschappelijk onderzoek oplossingen en wetenschappelijke doorbraken kan vinden voor de grote maatschappelijke uitdagingen van deze tijd: hoe houden we de samenleving gezond en innoveren we met wetenschappelijk onderzoek de gezondheidszorg?


Routes vanuit de NWA
De NWA is gebaseerd op meer dan 11.700 vragen vanuit de samenleving, die zijn gecategoriseerd in 25 actuele maatschappelijke vraagstukken: de routes. Wetenschap en maatschappij gaan daarin samen op zoek naar oplossingen voor deze vraagstukken. Een groot deel van de vragen aan de NWA ging over gezondheid. Brede coalities van experts zijn op basis van die vragen wetenschappelijke proposities aan het ontwikkelen, bijvoorbeeld op het terrein van digitale samenleving, hersenen en cognitie, sport en beweging of big data.

Vandaag is een mijlpaal voor drie coalities die op hun terrein een kennisagenda presenteren:

Unieke samenwerking
Voor deze drie kennisagenda’s heeft een coalitie van experts afkomstig uit verschillende organisaties de publieksvragen vertaald naar belangrijke thema’s voor toekomstig gezondheidsonderzoek. In de coalitie waren onder meer universitair medische centra, universiteiten, hogescholen, gezondheidsfondsen, patiëntenorganisaties, TO2-instellingen en het bedrijfsleven vertegenwoordigd. ZonMw en de Nederlandse Federatie voor Universitair Medische Centra (NFU) hebben de totstandkoming van de drie kennisagenda’s gecoördineerd.

Kansen
De kennisagenda’s beschrijven met welke nieuwe wetenschappelijke benaderingen de vragen kunnen worden beantwoord. Zo biedt wetenschappelijk onderzoek kansen voor preventie, het voorkomen van ziekte en het bevorderen van gezondheid. Bij chronische ziekten wordt vaker echt herstel mogelijk, in plaats van alleen het aanpakken van symptomen. En door beter te kijken naar verschillen tussen mensen kunnen behandelingen veel gerichter worden ingezet, met meer succes en minder bijwerkingen. Bovendien versterken de thema’s van de kennisagenda’s elkaar: kennis over de verschillen tussen mensen kan ook gebruikt worden voor preventie. Technieken uit de regeneratieve geneeskunde bieden kansen voor behandeling op maat.

Nu investeren
Nu is het moment om stevig te investeren in de wetenschappelijke vraagstukken op het terrein van gezondheid, in onderzoekers en in de technologie die ze nodig hebben, maar ook in onderwijs, opleidingen en in het toepassen van nieuwe kennis uit dit onderzoek. Het is een investering die zichzelf zal terugverdienen, zowel in harde euro’s – gezonde mensen doen minder beroep op de zorg – als in kwaliteit van leven, van de zorg en van onze samenleving als geheel.

 

Bron: NFU en ZonMw

Een nieuwe kijk op gezondheid, met aandacht voor verschillen tussen mensen en een betere aansluiting bij hun persoonlijke beleving, is noodzakelijk om de zorg toekomstbestendig te maken. Binnen deze route zijn vier gamechangers te onderscheiden.

Een nieuwe kijk, een nieuw wetenschappelijk paradigma
Gezondheid moeten we op de eerste plaats gaan zien als voorwaarde om de dingen te doen die een mens belangrijk vindt: meedoen, functioneren, je eigen leven leiden. Dat is een andere, bredere visie dan het heersende biomedische model waarin ziekten centraal staan. We moeten streven naar het bevorderen van ‘positieve gezondheid’, waarbij de waarden en voorkeuren van het individu richtinggevend zijn.

Investeren in preventie
Voor een gezonde toekomst van de samenleving en een betaalbare gezondheidszorg, is effectieve preventie cruciaal. Onderzoek is nodig naar de wisselwerking tussen individu en omgeving in de ruimste zin van het woord. Dit is de ontstaansreden van de Kennisagenda Preventie, die de taskforce Preventie in navolging van de aanbeveling uit het Portfolio voor Onderzoek en Innovatie in 2017 heeft opgesteld.

Nieuwe kijk op behandeling: persoonsgericht en regeneratief
Om de zorg voor patiënten met chronische ziekten betaalbaar en uitvoerbaar te houden, zijn nieuwe benaderingen nodig, zoals personalised medicine en regeneratieve geneeskunde. Personalised medicine moet leiden tot veiligere, effectievere zorg, doordat men niet langer uitgaat van de gemiddelde patiënt maar van het individu. Regeneratieve geneeskunde richt zich op het herstellen van beschadigde weefsels door ze terug te laten groeien.

De zorg onderzoeken
Gericht onderzoek op het gebied van zorg en zorgsystemen is nodig, ook om bevindingen uit het buitenland goed te kunnen toepassen in de Nederlandse situatie. De zorg van de toekomst vraagt om een nieuwe kijk op de rol van zorgprofessionals, burgers, onderzoekers en organisaties.

Lees meer over deze route in het Portfolio voor Onderzoek en Innovatie.